Bouillonblokjes. Er zullen maar weinig huishoudens zijn waar je ze niet in de kast vindt. Want als je bouillon nodig hebt voor een saus of soep is dit wel erg makkelijk. Natuurlijk zijn er duizend-en-één smaakmakers op de markt die je bouillonblokje kunnen vervangen. Maar dit blog gaat specifiek over het bouillonblokje. Ik heb ook zelfgemaakte bouillon ingevroren in de vriezer, maar omdat m'n zelfgetrokken bouillon nooit de sterke smaak bereikt van een bouillonblokje kies ik ervoor m'n zelfgemaakte bouillon te gebruiken in een gerecht waar de bouillon centraal staat zoals Pho Bo. Wil ik een sterke smaak, grijp ik in m'n voorraad blokjes.
Hoe groot is jouw voorraad eigenlijk? Alleen groentenbouillon? Of ook kip? Misschien wel rundvlees? En volg je altijd exact het recept? "Voeg nu 150ml groentebouillon toe aan de saus." Of grijp je welk blokje voorhanden is?
Toen ik begon met koken benaderde ik dat zoals je bakt: tot op de letter. Maar tussen koken en bakken zit een belangrijk verschil! Koken doe je met je gevoel, bakken met je weegschaal en kookwekker. Dat maakt het een niet beter of makkelijker dan het ander. Volg je het recept bij bakken, gaat het vrijwel altijd goed. Maar áls het mis gaat, blijft er vaak weinig anders over dan opnieuw beginnen. Bij koken heb je vaak wel wat kunstgrepen die je gerecht redden en als je het gooit op 'smaken verschillen' kan je gast hooguit aangeven dat het zíjn smaak níet is.
Maar terug naar wat ik vertelde. Ik benaderde koken alsof het bakken was. Ik volgde recepten tot op de letter. Tot mijn frustratie was het de ene keer een groot succes en de andere keer smaakte het nog niet half zo lekker. En dan zwijg ik even over de hoeveelheden in het recept die nét niet corresponderen met de hoeveelheden die ik dan koop in de winkel en hoe een hekel ik heb aan voedselverspilling.
Meer en meer begon ik te lezen over koken, over voeding en smaken. Ik keek naar kookprogramma's en kocht goede kookboeken. Ik struinde door toko's, waar de specerijen heerlijke geuren verspreidden. Stukje bij beetje ging ik meer m'n neus, ogen en smaakpapillen gebruiken en paste de recepten met kleine stapjes aan. Maar die bouillonblokjes? Precies als in het recept.
Tot ik een paddenstoelenrisotto maakte uit een kookboek van Gordon Ramsay. Daarvoor had ik groentebouillon nodig. En m'n groentebouillonblokjes waren op. In de Albert Heijn stond ik voor het schap te zoeken naar de groentebouillonblokjes tot m'n oog viel op bouillonblokjes van bospaddenstoelen. In een opstandige bui (Gordon zei immers groentebouillon) in m'n mandje gelegd (wel samen met de blokjes voor groentebouillon, toch een beetje op veilig) en thuis een beetje gemaakt. De smaak was heel anders. Niet zo zout, veel aardser. Sindsdien mag Gordon met z'n handenvol Michelinsterren kiezen voor groentebouillon, mijn paddenstoelenrisotto wordt gemaakt met bospaddenstoelenbouillon.
Tegenwoordig kies ik ervoor om blokjes te combineren. Zo zijn de groentebouillonblokjes die ik heb vrij zout, de rundvleesblokjes vol van smaak, de bospaddenstoelenblokjes aards en de kip licht. Maak ik een pompoensoep, combineer ik één blokje groenten met twee blokjes paddenstoelen. Dat geeft een beetje een aardse smaak wat heerlijk is met de pompoen en de groenten geeft net een beetje dat zoutige.
Maar je kunt bouillonblokjes ook goed gebruiken om bijvoorbeeld je rijst in te koken of iets op smaak te brengen als vervanger voor zout. Vervang in dat laatste geval het zout door een (deel van een) verkruimeld blokje. Bijvoorbeeld in een soep.
Breid je assortiment uit, proef en experimenteer welk blokje jij het lekkerst vindt. Hou er rekening mee dat het blokje van het ene merk anders smaakt dan die van het andere merk. En die paddenstoelenrisotto van Gordon? Die moet je absoluut een keer maken. Echt zalig!
Hoe groot is jouw voorraad eigenlijk? Alleen groentenbouillon? Of ook kip? Misschien wel rundvlees? En volg je altijd exact het recept? "Voeg nu 150ml groentebouillon toe aan de saus." Of grijp je welk blokje voorhanden is?
Toen ik begon met koken benaderde ik dat zoals je bakt: tot op de letter. Maar tussen koken en bakken zit een belangrijk verschil! Koken doe je met je gevoel, bakken met je weegschaal en kookwekker. Dat maakt het een niet beter of makkelijker dan het ander. Volg je het recept bij bakken, gaat het vrijwel altijd goed. Maar áls het mis gaat, blijft er vaak weinig anders over dan opnieuw beginnen. Bij koken heb je vaak wel wat kunstgrepen die je gerecht redden en als je het gooit op 'smaken verschillen' kan je gast hooguit aangeven dat het zíjn smaak níet is.
Maar terug naar wat ik vertelde. Ik benaderde koken alsof het bakken was. Ik volgde recepten tot op de letter. Tot mijn frustratie was het de ene keer een groot succes en de andere keer smaakte het nog niet half zo lekker. En dan zwijg ik even over de hoeveelheden in het recept die nét niet corresponderen met de hoeveelheden die ik dan koop in de winkel en hoe een hekel ik heb aan voedselverspilling.
Meer en meer begon ik te lezen over koken, over voeding en smaken. Ik keek naar kookprogramma's en kocht goede kookboeken. Ik struinde door toko's, waar de specerijen heerlijke geuren verspreidden. Stukje bij beetje ging ik meer m'n neus, ogen en smaakpapillen gebruiken en paste de recepten met kleine stapjes aan. Maar die bouillonblokjes? Precies als in het recept.
Tot ik een paddenstoelenrisotto maakte uit een kookboek van Gordon Ramsay. Daarvoor had ik groentebouillon nodig. En m'n groentebouillonblokjes waren op. In de Albert Heijn stond ik voor het schap te zoeken naar de groentebouillonblokjes tot m'n oog viel op bouillonblokjes van bospaddenstoelen. In een opstandige bui (Gordon zei immers groentebouillon) in m'n mandje gelegd (wel samen met de blokjes voor groentebouillon, toch een beetje op veilig) en thuis een beetje gemaakt. De smaak was heel anders. Niet zo zout, veel aardser. Sindsdien mag Gordon met z'n handenvol Michelinsterren kiezen voor groentebouillon, mijn paddenstoelenrisotto wordt gemaakt met bospaddenstoelenbouillon.
Tegenwoordig kies ik ervoor om blokjes te combineren. Zo zijn de groentebouillonblokjes die ik heb vrij zout, de rundvleesblokjes vol van smaak, de bospaddenstoelenblokjes aards en de kip licht. Maak ik een pompoensoep, combineer ik één blokje groenten met twee blokjes paddenstoelen. Dat geeft een beetje een aardse smaak wat heerlijk is met de pompoen en de groenten geeft net een beetje dat zoutige.
Maar je kunt bouillonblokjes ook goed gebruiken om bijvoorbeeld je rijst in te koken of iets op smaak te brengen als vervanger voor zout. Vervang in dat laatste geval het zout door een (deel van een) verkruimeld blokje. Bijvoorbeeld in een soep.
Breid je assortiment uit, proef en experimenteer welk blokje jij het lekkerst vindt. Hou er rekening mee dat het blokje van het ene merk anders smaakt dan die van het andere merk. En die paddenstoelenrisotto van Gordon? Die moet je absoluut een keer maken. Echt zalig!
Reacties
Een reactie posten